Gambia en Senegal
Deze zomer reisden we naar Gambia en Senegal.
Vooraf was ik vooral heel benieuwd.
We zijn wel al wat landen in de wereld gaan bezoeken maar we waren nog nooit in Afrika geweest.
We zijn tijdens de reis (maar) naar 3 plaatsen gegaan.
Onze reis duurde 17 dagen, maar je kan gerust overal een dag minder lang blijven. Dus deze reis doen op 14 dagen is eigenlijk perfect volgens mij.
Het was voor ons een heel andere reis dan de reizen die we gewoon zijn.
De reis verliep heel rustig. Omdat je dat natuurlijk op voorhand wel weet, ben je daar ook op voorbereid. Ik verveel me zeer snel maar had voldoende boeken en things to do mee en tot mijn eigen verwondering heb ik me daar echt niet verveeld.
Je past je natuurlijk ook heel snel aan aan het leven daar, de Gambianen en Senegalezen zijn héél traag en zeer lui (het is nu eenmaal zo).
Onze andere (verre) reizen verlopen meestal met veel meer tempo, veel meer dingen te bezoeken, veel meer dingen te doen, veel meer plaatsen te zien, veel meer hotels, …
We vlogen van Brussel naar Dakar. In Dakar mochten we in het vliegtuig blijven zitten en een uurtje later vertrokken we terug met hetzelfde vliegtuig naar Banjul, de Gambiaanse hoofdstad.
Gambia is een land dat ingesloten ligt in Senegal.
Veel Engelse invloeden, voertaal is dan ook Engels.
Gambia heeft als slogan ‘The Smiling Coast’ en ‘No problem in the Gambia’ waarmee ze bedoelen dat Gambia een heel gastvrij land is, dat iedereen in perfecte harmonie met elkaar leeft, … maar onder die brede glimlach en grote gastvrijheid gaan er jammer genoeg toch wel heel veel problemen schuil.
We verbleven daar in het stadje Bijilo in het Coco Beach Resort, tophotel, zeker aan te raden.
We deden een paar uitstappen vanuit het hotel.
We bezochten de steden Serekunda en Banjul met hun bijhorende markten en lokale leven.
We bezochten een lokaal schooltje, een oude man die in zijn hut palmwijn maakt, een idyllisch strandje, … De herinneringen aan Gambia en zeker de mensen zijn niets dan positief.
Toen we richting Senegal trokken, bleek dat de corruptie toch nog enorm aanwezig is in Gambia.
Aan de grens werd moeilijk gedaan om het land te mogen verlaten. We mochten de grens niet over omdat we (zogezegd) één papier mankeerden. Na veel gediscussieer (ze hoopten waarschijnlijk op wat smeergeld) mochten we dan toch de grens over.
Senegal heeft Franse invloeden, voertaal daar is Frans.
We moesten dus wel even de klik maken toen we de grens overstaken.
Senegal is het ‘pays de la teranga’ wat evenveel wil zeggen als dat ze het meest gastvrije en toeristvriendelijke land ter wereld willen zijn.
In Senegal was onze eerste stad Toubacouta.
We logeerden in hotel Les Paletuviers, uitgebaat door een Belgische dame. Een brousse-hotel… dus op voorhand konden we ons daar ook niet echt veel bij voorstellen. We kwamen daar toe en kregen de mooiste nieuwste kamer, hun baobab-kamer, een echte boomhut. De ligging van het hotel is fenomenaal, omringd door mangroves. De kamer was ook uniek. Omdat het hotel inderdaad wat in de brousse ligt, kan je er natuurlijk niet veel anders doen dan ’s avonds samen met de andere gasten in het restaurant wat babbelen. We ontmoetten er Belgische vrienden voor het leven ! J
De kok maakte voor alle gasten elke avond een volledig menu.
Een tweetal dagen zaten we zelfs helemaal alleen in het hotel, was er niemand anders.
We deden de leukste uitstappen vanuit dit hotel.
We gingen een nacht gaan slapen op ‘Plage d’Or’, het privé-eilandje van het hotel ongeveer 2 uur varen met de boot. We waren de enige op dit eilandje. We konden zonnen, wandelen, eten, vissen, … We hadden een privé-kok en heel veel personeel mee om ons op onze wenken te bedienen. Onvergetelijk.
We gingen bij zonsondergang naar een rustplaats in de mangroves waar 1.000-en vogels de nacht komen doorbrengen, van kleine vogels tot pelikanen.
We deden een safari in een park maar hebben na 2 uur rondrijden bijna geen enkel dier gezien, dus dat was een tegenvaller).
We gingen wandelen met de leeuwen waarbij ik het echt letterlijk bijna in mijn broek heb gedaan van de schrik.
We bezochten het lokale dorp Toubacouta. Heel confronterend, goed om terug eens met beide voetjes op de grond te staan en te beseffen hoe goed wij het hier hebben.
Hun ziekenhuis, hun kraamkliniek, hun scholen, hun … geloof me, in België zijn we veel beter af!
We hadden een lokale bewoner als gids mee die ons heel veel weetjes vertelde.
Misschien was dit nog de beste uitstap van alle.
We reisden verder (na veel wachten aan de overzetboot) naar Saly, onze eindbestemming.
Saly is een toeristische badplaats in Senegal, waar ook veel Belgen een buitenverblijf hebben, waar ook veel Belgen met kerst een weekje in de zon gaan liggen.
In Saly is alles al veel meer ontwikkeld en toeristisch, maar dan heb je natuurlijk ook wel het nadeel dat sommige mensen iets minder oprecht zijn dan in de minder ontwikkelde steden.
In The Rino Resort genoten we vooral van onze laatste dagen zon.
We deden maar 1 uitstap meer, naar het Lac Rose.
Dit is een meer waar héél veel zout in zit. Het heeft (vooral in de maanden mei/juni) een felroze kleur. Bij ons had het alleen een roze schijn. Je mag er maximum 20 minuten in, vanaf dan begint het schadelijk te worden voor je huid. Als je in het water ligt, drijf je volledig boven door het hoge zoutgehalte, heel speciaal. We reden met een 4×4 ook nog een stukje van de Paris-Dakar route.
Wat we wel 2 dagen hebben gedaan, is aan Obama Beach op het strand gelegen. Het is een stukje strand dat redelijk verborgen ligt en dat je enkel kent als je het als tip van iemand hebt gekregen. Het strand is super, je mag gratis op de ligzetels aan het strand liggen als je maar iets drinkt of eet, het eten is er heel lekker, … Zeker doen als je in Saly zit.
En dan was het weeral tijd om naar huis te keren, 5 uurtjes vliegen van Dakar naar Brussel en direct 15 graden minder !
In Senegal en vooral in Gambia hebben alle mensen die we tegenkwamen gevraagd of we veel reclame voor hun land wilden maken bij ons in de hoop dat er nog meer toerisme in Gambia ontwikkeld en dat er dus nog meer mensen aan het werk kunnen in die sector.
Ik hoop dat ik bij deze mijn steentje heb bijgedragen.
Dit is ons toch ook zeer bijgebleven:
Heel veel lokale mensen, zowel in Gambia als Senegal, kennen België heel goed. De meeste spreken zelfs een paar woordjes of meer Nederlands. Ze kennen de voetbalploegen, ze kennen de steden, … Ze hebben bijna allemaal wel iemand uit hun familie in België wonen.
Ze vertellen ons allemaal dat ze ook wel graag naar België zouden komen.
En als wij dan verwonderd vragen: ‘Waarom eigenlijk naar België? Mocht ik naar Europa willen komen, dan zou ik bijvoorbeeld Spanje nemen, alleen al voor de temperatuur.’ Dan zegt iedereen hetzelfde: ‘het is makkelijk in België’.
En daar komt mijn haar dan natuurlijk ook weer recht van…
Minpunten van de reis:
- Toch ook weer wat regen gehad (regenseizoen)
- Door laagseizoen toch een aantal excursies die niet te boeken waren
- Het eten is echt niet lekker (vind ik toch)
- Je hebt toch wel wat vaccinaties nodig en je moet malariapillen slikken
Pluspunten van de reis:
- Eén van de meest veilige en toeristtoegankelijke landen van ‘zwart-afrika’
- De mensen, zeker in de kleinere steden, zijn SUPERvriendelijk
- Het lokale leven is de grootste attractie dus aan excursies ben je niet per se veel geld kwijt
- Door het laagseizoen krijg je makkelijk upgrades van kamers en heb je het zwembad bijna altijd voor jou alleen
- Constante temperatuur van +/- 30 graden
- Het is maar 5 uurtjes vliegen, je bent er dus voor je het weet
Tips:
- Als je Gambia/Senegal bezoekt, zorg dat je zeker in de betere hotels logeert
- Probeer niet te veel van straat of van lokale restaurants te eten als je geen darmproblemen wil
- Neem voldoende euro’s mee van thuis om daar te wisselen want geld afhalen bleek niet overal evident
- Wees er op voorbereid dat je het meeste van je tijd zal ‘wachten’
- Als je naar Saly gaat is er nog een beter hotel dan het onze. Niet twijfelen en zeker Le Lamantin boeken in Saly, tophotel !
- Neem zoveel mogelijk balpennen en schriftjes mee. Zijn ze verzot op en zijn echt schaars. Het helpt je soms ook om hier en daar een beetje om iets te verkrijgen.
Deel ze wel zuinig uit want door te veel toeristen die te veel uitdelen creëren we zelf bedelende kinderen van zodra ze toeristen zien. - Alle gidsen, hotelpersoneel, … zijn uitbundig blij met de kleinste fooi die je hen heeft. Ze verwachten dit niet en vragen er ook zeker nooit om. Maar het is wel een leuk onderdeel van de reis om iedereen wat toe te stoppen en hun enorme dankbaarheid te zien en te weten dat je op deze manier toch een klein beetje bijdraagt om hun kinderen een betere toekomst te schenken.
Ik boekte deze reis via Xperience Travel Lounge Deinze.